Emil stelde Shadi voor om niet thuis te zitten schrijven.
‘Denk je niet dat het een goed idee is om ergens anders te werken?’ had hij gevraagd; zij had gedacht dat ze zich dan moeilijk zou kunnen concentreren. Maar het blijkt dat het alziend oog van anderen en hun gebogen ruggen achter de tafels haar actief houden. En dan is er nog iets anders. Voor alle rituelen die in hun appartement als paden door welbekend terrein lopen, is hier, waar alles nieuw is, geen plek.
Ze opent het scriptiebestand. Haar eerste taak moet zijn dat ze onderscheid gaat maken tussen reguliere rouw en de rouw die een paar jaar geleden als zodanig werd gediagnosticeerd. Als een blijvende rouwstoornis. De icd-handleiding stelt diverse eisen waaraan je moet voldoen om die ziekte te kunnen diagnosticeren. Om te beginnen moet er minimaal een halfjaar zijn verstreken nadat de gebeurtenis waarover je rouwt heeft plaatsgevonden en er moet sprake zijn van een overlijden. Het is niet genoeg, zoals ze eerst dacht, dat je bijvoorbeeld bent gescheiden of je baan bent kwijtgeraakt, ongeacht hoe zwaar dat ook voor je is.
De studiezaal ruikt naar warme, zongebruinde lichamen en tassen met lunchpakketjes, die mensen meenemen naar de gemeenschappelijke ruimten van de bibliotheek of naar het park. Sommigen schrijven met muziek in hun oren, anderen gaan met hun hoofd op tafel liggen slapen totdat ze plotseling wakker schieten en schuldbewust om zich heen kijken. Een jongen rechts van haar met een muts op snurkt zachtjes, iemand heeft een raam geopend zodat de wind met de dikke gordijnen kan spelen. Shadi kijkt naar de klok en besluit het hoofdstuk waarmee ze bezig is af te maken, ook al geeft haar maag aan dat het tijd is om te gaan eten. Drie kwartier later pakt ze haar bakje met de kliekjes van gisteren en loopt ze in haar eentje naar buiten het scherpe licht in, terwijl haar vest haar plek in de bibliotheek bezet houdt