Voordat ik moeder werd, had ik een soort vaag idee over hoe het ouderschap zou zijn. Ik hoorde mensen zeggen: ‘Je doet het gewoon op gevoel. Je hebt toch je ouderlijke intuïtie?’
Dat klonk geruststellend, alsof je vanzelf zou weten wat je moest doen. Maar toen ik er eenmaal middenin zat, voelde het soms alles behalve intuïtief. Want wat als je intuïtie helemaal niets zegt? Of juist heel verwarrende signalen geeft? Wat als je gewoon niet weet wat je moet doen?
Want eerlijk, het ouderschap zit vol tegenstrijdige boodschappen. Aan de ene kant hoor je: ‘Vertrouw op je gevoel’, maar aan de andere kant zegt de verpleegkundige bij het consultatiebureau dat je je baby verwent als je hem te snel oppakt als hij huilt. Je moet volgens je instinct handelen, maar wat als je 3-jarige zich in de supermarkt op de grond gooit en jouw instinct op dat moment roept: geef hem gewoon wat hij wil, dan stopt het gejammer tenminste! Het probleem is niet dat we geen intuïtie hebben. Het probleem is dat die intuïtie vaak gevormd is door wat we zelf hebben meegemaakt, gehoord, gezien of geleerd – en dat is lang niet altijd de beste raadgever.
Soms zegt je gevoel iets wat niet helpend is. Niet voor jou, en niet voor je kind.
Ik schreef dit boek niet omdat ik het allemaal weet. Ik schreef het juist omdat ik het níét wist. Omdat ik zelf ooit op zoek was naar antwoorden, naar houvast, naar iets wat dieper ging dan ‘gewoon op je gevoel afgaan’. Want wat als je het niet aanvoelt?
Wat als je ergens tussen slaapgebrek, schuldgevoel en snotneuzen gewoon verdwaalt, en je eigen reflexen volgt die niet altijd effectief zijn? Wat ik gaandeweg leerde, is dat het niet erg is om het niet te weten. Het ouderschap is geen script dat je foutloos moet volgen. Het is een proces van vallen, opstaan, en dan nog een keer vallen, en dat met iemand op je arm die huilt omdat de banaan doormidden is.
Wat ik hoop, is dat dit boek niet jouw gevoel overneemt, maar het versterkt en aanvult. Niet om je intuïtie te vervangen, maar om haar steviger te maken. Om je meer inzicht, kennis en context te geven, zodat je je gevoel kúnt vertrouwen, omdat het gevoed is met begrip in plaats van alleen ervaring, angst of gewoonte. Ik hoop dat dit boek je helpt om je kind beter te begrijpen, maar misschien nog wel meer om jezelf beter te begrijpen. Want ja, het gaat over kinderen en hun ontwikkeling, over hun breinen en hun emoties en over waarom jouw 6-jarige blijft hangen in een huilbui om schijnbaar niets. Maar het gaat vooral over jou. Over wie jij bent als ouder, wat jij hebt meegekregen en hoe jij met jezelf omgaat in die duizend kleine momenten op een dag.
Je hoeft het niet perfect te doen. Je hoeft het niet allemaal te weten. Je hoeft alleen bereid te zijn om te blijven kijken; naar je kind naar jezelf en naar wat er echt speelt onder het gedrag van jullie allebei. En dan niet meteen ingrijpen, maar eerst even ademhalen, voelen en dán pas handelen.
Gebruik dit boek gerust als leidraad. Niet alleen nu, in deze fase van het ouderschap, maar ook later. Want hoewel je kind verandert, groter wordt, zelfstandiger misschien, is wat blijft de basis: jij, je kind en de band die jullie hebben. De verbinding tussen jullie twee, de relatie als spil van de opvoeding. En die verbinding vraagt steeds weer opnieuw om aandacht, begrip, zelfreflectie en zachtheid.
Liefs,
Sophia