Het was oudejaarsavond 1952.
Aloysius Archer was dertig jaar, ooit een onderscheiden militair, daarna een eenvoudige gevangene en nu al enkele jaren een privédetective met heftige ervaringen aan de schaduwzijde van het leven.
Hij reed in een bloedrode cabriolet, een Delahaye Model 1939, met de rode kap naar beneden omdat hij dat prettig vond. Hij had de auto nog geen drie jaar geleden gekocht met geld dat hij in Reno met stom geluk met gokken had gewonnen. Dat had Archer ook bijna zijn leven gekost. Hij hield nog altijd van de auto. Iedere man zou ervan houden. Net als iedere vrouw die van een man met een mooie auto hield.
Nu reed Archer over de heuvelachtige achtbaan van Los Angeles. De stad zag er op z’n mooist uit voor de jaarwisseling. Dat betekende dat de bedelaars in Skid Row waren weggestuurd door jonge agentjes die deden wat hun was opgedragen, de hoertjes te horen hadden gekregen dat ze in de belangrijkste straten niet mochten tippelen, bijna iedereen het deksel van de afvalcontainers had afgesloten en zijn tanden had gepoetst.
De stad had ongeveer vier miljoen lampenslingers laten aanrukken, evenveel ballonnen en genoeg confetti om de Stille Oceaan mee te kunnen dempen. En iedere acteur en actrice onder contract bij een studio, en zelfs een paar die dat niet waren, lieten op alle goede, en foute, plekken hun tandpastaglimlach zien. De
stad had natuurlijk ook een schaduwkant, maar de City of Angels had alle mogelijkheden en redenen om opvallender en opwindender te zijn dan welke andere stad ter wereld ook.
Het kon een heerlijke plek zijn om te wonen. Als je geld had, beroemd was, of allebei, maar Archer had dat niet en was dat niet. Hij had de afgelopen jaren aan een paar moeilijke zaken gewerkt en daarbij de stad en de bewoners misschien wel beter leren kennen dan hem lief was.
Deze stad pakte elke droom die je ooit had gehad van je af en stopte die vervolgens vrolijk in de grootste gehaktmolen die er bestond. Zodra de beroemdheden niet langer beroemd waren, was de gehaktmolenbehandeling zelfs nog erger, omdat die mensen hadden ervaren hoe het leven was als er veel over je werd geschreven en een heleboel mensen naar de bioscoop gingen om je acteerprestaties te bewonderen. Zodra dat feestje afgelopen was, hadden ze het gevoel dat iemand hen van het hoogste puntje van het Empire State Building had laten vallen en ze in een golfplaten hutje in Alabama waren beland.